top of page

De Bouwagenda is opgericht door 4 aandeelhouders, het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, ministerie van Economische Zaken en Klimaat,  ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en Koninklijke Bouwend Nederland. Techniek Nederland is vanaf de eerste dag ook een zeer betrokken partij geweest. Samen zagen zij dat er iets moest veranderen in de onderlinge samenwerking om de doelen van 2050 te kunnen halen. Hoe kijken zij zelf terug op de afgelopen jaren? Wat ging er goed? En wat viel er tegen?

Als je vier jaar geleden zag hoe weinig grip we nog hadden op de maatschappelijke uitdagingen die er voor ons liggen, dan zijn er grote stappen gezet. We legden toen de vinger op de zere plek als het gaat om de grote uitdagingen voor de samenleving, en gingen nadenken over een andere werkwijze voor de bouwsector, passend bij deze uitdagingen. De energietransitie was ook een nieuw en groot thema waar de bouw een belangrijke rol heeft bij de realisatie. Grote maatschappelijke opgaven kun je alleen oplossen als er op een andere manier wordt samengewerkt in de brede bouwketen, inclusief overheden. We wisten dat we andere bouwmaterialen en andere processen moeten gaan inzetten om het werk goed gedaan te krijgen. Maar het plan van aanpak was er nog niet. De oplossing voor deze opgaven ligt voor een groot deel bij het vergroten van de innovatiekracht van de sector. Want de energietransitie moet niet alleen efficiënter maar ook innovatiever en daar hadden en hebben we hulp vanuit de overheid bij nodig. Want hun opgave is ook onderdeel van onze opgave en dus moesten we samen beslissingen gaan nemen over de koers. Dat was de directe aanleiding om gezamenlijk De Bouwagenda op te richten.

Taskforce als drijvende kracht

Het begon allemaal met het formuleren van de aanpak en strategie van die agenda. Het Bouwagenda programmateam heeft de enorme opgave opgeknipt in deelonderwerpen (Roadmaps en Thema’s). Die hebben we met elkaar in kleine teams in de Taskforce een invulling gegeven. Het formuleren van de inhoud van die Roadmaps en Thema’s was een gezamenlijk doel. Omdat die Taskforce bestond uit mensen vanuit de gehele keten van de ontwerp-, bouw- en technieksector zag je dat mensen in gezamenlijkheid, maar wel vanuit hun eigen denkkader oplossingen gingen bedenken. En dat maakte de plannen heel bruikbaar. We hadden een architect, een ingenieur, ambtenaren, bouwers, een mkb-er uit de infra en een wethouder in ons team. Wat dat betreft had je eigenlijk iedereen die iets te maken had met de bouwketen aan tafel. Het inzicht en de achterban van elk Taskforcelid konden we gebruiken om commitment te realiseren. Iedereen had het enthousiasme en de drive om er een succes van te maken, omdat we als Taskforce allemaal met de poten in de klei stonden en allemaal aanvoelden dat we met de toenmalige manier van werken op een dood spoor zaten.

 

'Voor de komst van De Bouwagenda was het ondenkbaar dat we als bouwsector met de overheid, kennisinstellingen en het onderwijs zouden werken in zoiets als het BTIC. In het begin was het: ‘No Way’. Men vertrouwde elkaar gewoon niet.'

 

Topsector Bouw

We hadden dus grootse plannen, maar in die vier jaar is er wel een aantal tegenvallers gekomen. Stikstof en COVID19 leiden tot vertraging in het behalen van de doelen die we in het Klimaatakkoord hebben gesteld. En op sommige punten bleek het toch te lastig om beslissende partijen over te halen om met ons mee te gaan. Ik had gehoopt dat het BTIC, gesteund door het ministerie van EZK, met een breder innovatieprogramma had kunnen komen. Met alleen innovaties voor de energietransitie gaan we niet die brede maatschappelijke opgave oppakken, zoals de grote woonopgave die er ligt en de renovatie van de infra. Ik denk dus dat er toch een topsector-achtige constructie moet komen: een Triple Helix samenwerking die gericht is op innovatie is hard nodig. Het is mij tegengevallen dat er niet meer bereidheid kwam vanuit de overheid om hier iets mee te doen in de vorm van een topsectorenbeleid voor de bouw. De ontwerp, bouw- en technieksector is verantwoordelijk voor 9% van het Bruto Nationaal Product en speelt een cruciale rol in het oplossen van veel van de topproblemen in Nederland. Daar past een actievere rol van de overheid om kennisontwikkeling en innovatie aan te moedigen.  

 

Wat moeilijk ging

Wat me ook is tegengevallen is het programma om scholen grootschalig te verduurzamen. Het is algemeen bekend dat het binnenklimaat in de meeste scholen abominabel is en dat het onderwijs als sector de verduurzaming van hun bezit laag op de prioriteitenlijst heeft staan. Wij hebben daar een mooi programma voor opgezet, maar daar is helaas niet veel van terecht gekomen. Net als onze inspanningen voor de gebouwgebonden financiering die verduurzaming voor particuliere woningeigenaren eenvoudiger te betalen maakt. Dit kwam niet of nauwelijks van de grond. Dat vind ik verbazingwekkend. Als je de doelen van Parijs wilt halen dan heb je de particulieren gewoon nodig. Dan moet je stappen zetten om hen op alle mogelijke manieren te ontzorgen. Het werk daaraan gaat gelukkig door in de vorm van een experiment dat we hebben mogen opzetten. We hebben nog even om dit prototype verder vorm te geven.

 

'We hebben met De Bouwagenda stevig ingezet op het smeden van samenwerkingen en coalities op alle Roadmaps en Thema’s. En die samenwerkingen hebben veel opgeleverd.'

 

En wat wel lukte

Maar het is niet alleen kommer en kwel. We hebben ook forse sprongen gemaakt. We hebben met De Bouwagenda stevig ingezet op het smeden van samenwerkingen en coalities op alle Roadmaps en Thema’s. En die samenwerkingen hebben veel opgeleverd. Zo hebben we De Renovatieversneller voor elkaar gekregen waarin corporatiebezit gebundeld wordt aanbesteed en versneld wordt verduurzaamd. Dat was er zonder De Bouwagenda niet gekomen. We hebben ook samen opgetrokken bij het formuleren van onze punten voor het Klimaatakkoord. Er is een DigiGo gekomen om een digitaliseringssprong te maken in de bouwsector. Ook dat zorgt weer voor betere samenwerkingen in de keten. Dit zijn allemaal goede stappen. Er is een Human Capital agenda opgezet zodat de instroom meer aandacht krijgt en we hebben ervoor gezorgd dat de verduurzaming van woningen is gekoppeld aan het verstevigen van de woningen in Groningen. Dit punt is opgenomen in het aardbevingendossier. En de verlaging van de verhuurderheffing was er ook nooit gekomen zonder onze bemoeienis.

 

Ook de eerste projecten die met ondersteuning van het BTIC tot stand zijn gekomen rond innovatieve renovatieconcepten is een hele stap voorwaarts. Voor de komst van De Bouwagenda was het ondenkbaar dat we als bouwsector met de overheid, kennisinstellingen en het onderwijs zouden werken in zoiets als het BTIC. In het begin was het: ‘No Way’. Men vertrouwde elkaar gewoon niet. Nu zoeken partijen al in de beginfase  de samenwerking op. Dat zijn mooie ontwikkelingen.

 

De erfenis

Als je kijkt naar de erfenis van De Bouwagenda, dan moet er worden gekeken naar de manier waarop we de programma’s en projecten hebben kunnen borgen door middel van samenwerkingen. Wij zijn er nooit op gericht geweest om de organisatie voort te zetten. De project- en programmasamenwerking moet uiteindelijk leiden tot de integrale oplossingen voor de maatschappelijke problemen. Ik zie daarvan de eerste voorbeelden en hoop over een paar jaar te kunnen zeggen dat die werkwijze een vlucht heeft genomen.

Aanbevelingen

Om nieuwbouwwoningen betaalbaarder te maken moeten gemeenten hun grondprijs onder de loep nemen. Vaak is de grondprijs verantwoordelijk voor de helft van de aankoop van een woning. We zetten ons in voor een kostendaling in de bouw, maar die levert dan niet veel op in het totaalplaatje.

Maxime Verhagen

Founding Father vertelt:

Bewegend beeld

bottom of page