De hoofdrolspelers

Roland Bronckers
Programmamanager Energietransitie bij gemeente Veldhoven

Olivier Lauteslager
Programmamanager De Bouwagenda

Huibert Boer
beleidsadviseur duurzame leefomgeving, gemeente Leusden
Onder leiding van programmamanager Olivier Lauteslager heeft de Bouwagenda een team samengesteld van mensen en organisaties met kennis en ervaring over de verschillende aspecten van de totale bewonersreis bij verduurzaming. Uit onderzoek van Squarewise in de voorfase is gebleken dat bewoners die met (de verduurzaming van) hun woning aan de slag willen problemen ervaren bij de aansluiting tussen hun vraag, het aanbod en de uitvoering. Bewoners vallen hierdoor vaak af in hun reis, omdat ze bang zijn om keuzes te maken waarvan ze later spijt krijgen. Ervaringen uit de praktijk van teamleden Regionaal Energieloket en Paris Proof Plan bevestigen dit beeld.
De samenwerking binnen het team heeft geleid tot een visie op een collectieve aanpak voor totaalontzorging die in de praktijk zal worden getest. Kort samengevat houdt dit in:
-
Streven naar gezonde, comfortabele, betaalbare en aardgasvrije woningen (in stappen of in één keer);
-
Concreet met 4 verschillende wijken aan de slag met het articuleren en stimuleren van de vraag vanuit een gemeentelijk energieloket;
-
Het betrekken van aanbieders om aan te sluiten op de (gebundelde) vraag;
-
Landelijk delen van ervaringen en ontwikkelde werkwijze gedurende het programma.
Roland, Huibert en Olivier gaan het gesprek aan over hun ervaringen en visie op de aardgasvrije transitie van wijken en woningen aan de vooravond van dit 3-jarige leerexperiment.
Toekomstdromen
Huibert: ‘Veel woningen in Leusden zijn gebouwd in de jaren ‘60, ‘70 en ’80 van de vorige eeuw. Dat zijn veelal seriematig gebouwde woningen waarbij één woningconcept in 500-voud is neergezet. Dat biedt grote kansen om op een geïndustrialiseerde manier te gaan verduurzamen. Ik zie in een wensdroom voor me dat drones over de wijken vliegen om de woningen op te meten, die data doorsturen naar een fabriek waar dan passende geveldelen worden gemaakt. Maar zover zijn we nog niet.’
‘Waar we wel zijn: afgelopen december hebben we ingestemd met de Transitievisie Warmte voor onze gemeente. In Leusden zijn weinig kansen voor warmtenetten. We hebben geen bron voor hogetemperatuurwarmte en we hebben niet genoeg woningen op korte afstand van elkaar staan om een warmtenet te kunnen maken. En dus moeten we individuele woningeigenaren in beweging krijgen om over te stappen op lagetemperatuurwarmte. Zo’n verbouwing gaat tussen de 50.000 en 150.000 euro per woning kosten. Dat is een aanzienlijk bedrag. En dus zijn wij als gemeente aan het uitzoeken hoe we mensen zover kunnen krijgen en wat voor faciliteiten en financieringen daarvoor nodig zijn. Toen kwam dit experiment van De Bouwagenda voorbij dat naadloos in onze visie past. Hoe maken we het verduurzamen van een woning betaalbaar en haalbaar en hoe optimaliseer je de kosten versus het comfort? Wij hebben 97 woningen in een VvE naar Nul op de Meter gebracht. Dat was een intensief traject, want we hadden met veel verschillende partijen te maken. Dat project maakte duidelijk: om grootschalige renovaties goed te doen heb je middelen, capaciteit en kennis nodig. Het Bouwagenda-experiment kan ons daarmee helpen.’
'Om grootschalige renovaties goed te doen heb je middelen, capaciteit en kennis nodig. Het Bouwagenda-experiment kan ons daarmee helpen.'
Roland: 'Wij zijn in Veldhoven minder ver. Eerder waren wij niet zo nadrukkelijk met de bestaande woningvoorraad bezig. De afgelopen decennia lag de focus op nieuwbouw en het stimuleren van gasloze en nul-op-de-meter-nieuwbouwwoningen. Naast nieuwbouw, waar nog steeds veel behoefte aan is, moet de focus meer komen te liggen bij de 20.000 bestaande woningen. Een groot deel hiervan dateert uit de jaren ‘70 en ‘80 die ook seriematig zijn gebouwd. Daarvan is het aandeel corporatiewoningen groot. De corporaties zijn al fanatiek bezig met het renoveren en verduurzamen van hun woningen. Dat is mooi, maar er is in die wijken veel gespikkeld bezit. Voor particuliere eigenaren van voormalige huurwoningen blijkt het lastig te zijn om gebruik te maken van het voorstel van de corporaties om in hetzelfde tempo mee te gaan. Het gevolg is dat je wanneer je door wijken met gerenoveerde huurwoningen loopt, je veel verspringende daklijnen ziet. De corporatiewoningen die dakisolatie hebben gekregen, hebben nu een hoger dak gekregen. Dat heeft wel een rol gespeeld in de keuze voor het Bouwagenda-experiment, want hoe kunnen we ervoor zorgen dat iedereen, liefst op hetzelfde moment, mee kan doen? We zijn nu met Paris Proof Plan bezig om huiseigenaren te helpen bij het opstellen van een verduurzamingsplan voor hun woning. Zij doen ook als expert mee aan het experiment van De Bouwagenda en ik werd echt gegrepen door hun werkwijze. Zij spreken de taal van de mensen en ze snappen wat hen bezighoudt. Lars en Felix van Paris Proof Plan stellen slimme stappen voor. Stap voor stap ga je toe naar een aardgasvrije toekomst. Het hoeft niet in een keer. En dat maakt het verduurzamen behapbaar. Hun motivatie is niet alleen het tackelen van het klimaatprobleem. Naast energiebesparing zetten zij vooral in op de gezondheid van een woning en het comfort. Ze laten je zien hoe slecht het gemiddelde binnenklimaat van een woning is. En dan denk je: 'Jeetje wij leven dus eigenlijk heel ongezond.' Op zo’n manier plaatsen ze de opgave in een breder perspectief. En voelen mensen een grotere urgentie dan door een abstract gegeven dat het klimaatprobleem lijkt.'
'Vanuit de pilot met Paris Proof Plan zijn we in 3 wijken in Veldhoven aan de slag gegaan met 5 woningen. Bij de selectie van het type woning is nadrukkelijk rekening gehouden met de toegevoegde waarde voor de straat en of de wijk. Kan het plan als een soort van blauwdruk gaan dienen voor soortgelijke woningen? Met de pilot leiden we daarnaast onze eigen lokale energiecoaches op met de kennis van Lars en Felix. Het communicatie- en participatieproces is erop gericht om de buurt mee te nemen. Ook willen we onze lessen delen met de andere gemeentes en nodigen we lokale (installatie-)bedrijven uit om met ons mee te kijken.'
Olivier: ‘Zoals ik Huibert en de aanpak in Leusden heb leren kennen zijn zij een koploper. Daar zit een mentaliteit van het overwinnen van belemmeringen. En bij Roland weet ik dat het programma mede dankzij hem meer is dan anders, omdat zij er uitdrukkelijk een leerprogramma van willen maken. Wat is het nu precies dat je moet faciliteren om optimaal te leren? Dit willen wij meenemen in ons Bouwagenda-experiment.’
Huibert: ‘Wat ik gaaf vind aan het experiment van De Bouwagenda is dat je ook met de bouwbedrijven aan de slag gaat. Zij hebben een prominente rol in het plan. Zij worden serviceprovider en de particuliere woningeigenaar neemt 30 jaar die service af in de vorm van een abonnement. Op die manier betalen zij voor de verbouwing die de aannemer heeft voorgefinancierd. Een servicepartij, ofwel aannemer, moet de verbouwing dan wel vooruit kunnen financieren tegen een niet te hoge rente. Daarom moet in de eerste fase de overheid in de vorm van de provincie of gemeente garant staan voor het bedrag van de verbouwing. Dat idee van een publieke garantstelling is opgepakt door Economic Board Utrecht (EBU), ook een expert uit het Bouwagenda-team. Zij hebben een visie ontwikkeld op dit zogenoemde concessiemodel. Ze zijn nu met dat model, een object-gebonden duurzaamheidsdienst, een eerste pilot aan het uitzetten in Amersfoort en hebben op basis van een concessie voor deze pilot een visie ontwikkeld voor opschaling. Dit is allemaal erg spannend en is nog nooit gedaan. Ik hoop van harte dat in de praktijk ook werkt.’
Roland: 'Dank je voor het compliment, Olivier. Als je met elkaar optimaal wilt leren van dit experiment moet er ruimte zijn voor innovatie en fouten. Daarvoor moeten mensen binnen het project, zowel de expert, de bewoners, de gemeenten als de marktpartijen het gevoel hebben dat ze met de goede dingen bezig zijn. Het leren begint met het enthousiasme. En een veilige omgeving waarin je lessen kunt leren van zowel de successen als de fouten. En dan heb je binnen een project idealiter een gezonde mix van mensen die van de inhoud, techniek en de zachte kant zijn. Het werven van bewoners gaat tot op heden vrij gemakkelijk. Er zijn nu een aantal intakes geweest door Paris Proof Plan en mensen zijn erg tevreden. Lars en Felix nemen echt de tijd om met de mensen te praten. Dat gesprek gaat niet alleen over energieverbruik, maar ook over mensen hun wooncarrière. Hoelang woont u hier al? En wat wilt u de komende jaren? Wilt u verhuizen? Gaat de gezinssamenstelling veranderen? Daar rolt een advies op maat uit.'
Denken vanuit de bewoner
Olivier: ‘Dat vind ik mooi! Dat je op een natuurlijk moment in de wooncarrière een ingreep in een woning doet. Stel je wilt je kozijnen vervangen. Is het dan een idee om op dat moment dubbel glas te nemen? Zo motiveer je mensen om beter na te denken over de stappen die ze tussen nu en een paar jaar kunnen zetten. Wanneer mensen over deze werkwijze enthousiast worden kunnen ze dit goed overbrengen aan de buren die misschien ook weer andere mensen aansteken.’
Roland: ‘Ik denk wel dat dit zo werkt. Wij kijken dus niet alleen naar het type woning dat geschikt is voor een renovatie. We hebben ook naar het type bewoners gekeken. Zijn dat mensen die ook het uithangbord van onze aanpak willen zijn en zijn ze bereid de eerste stap zetten?’
Huibert: ‘Je hebt die ambassadeurs in de bevolking echt nodig voor het draagvlak. Wij hebben een mediahausse over ons heen gekregen naar aanleiding van de Transitievisie Warmte waar ik het eerder over had. We nemen er in Leusden alle tijd voor om bewoners voor te bereiden op lagetemperatuurwarmte. En toen kwam de krantenkop: ‘Als het aan de gemeente ligt, gaat heel Leusden aan de warmtepomp. Wie gaat dat betalen? U!’ En toen stond iedereen op zijn achterste poten. Zijn ze helemaal gek geworden bij de gemeente? Vanuit te weinig kennis kunnen mensen zo’n plan dan afwijzen. Maar tegelijkertijd zien mensen ook dat ze een oude woning hebben die oncomfortabel is. Wij krijgen regelmatig de vraag: gemeente, help mij om die woningen comfortabeler en toekomstbestendig te maken. Dan zie je dat er mensen zijn die niet vanuit milieu of duurzaamheidsoverwegingen gaan verbouwen. Mijn ervaring is: Als je zegt ‘u moet’ dan ben je ze kwijt. Maar als je het wijkplan start met ‘wat is toekomstbestendig?’ Dan vormen mensen in no time een groep.’
'Mijn ervaring is: Als je zegt ‘u moet’ dan ben je ze kwijt. Maar als je het wijkplan start met ‘wat is toekomstbestendig?’ Dan vormen mensen in no time een groep.'
Roland: 'Het gaat erom dat de huisfluisteraars die wij willen opleiden, de trigger weten te vinden om mensen tot actie aan te zetten. Die moeten zich afvragen: 'Waar zitten deze mensen mee?' Zo weet ik van een blok huizen dat ze daar allemaal met schimmel zitten. Dat geeft een ventilatieprobleem aan. Hier kom je achter als je met mensen gaat praten. Dat is de trigger om huiseigenaren te laten aanhaken.’
Huibert: ‘Sluit dus aan bij verandermomenten, bouwfysische problemen en de levensfase van bewoners. Als je die drie kunt opschalen heb je iets moois in handen. Dat is de grote uitdaging.’
Olivier: ‘Op dit moment hebben we in het land zo’n 1000 mutaties per dag. Klein tot groot en verschillende doelgroepen. Er is dus al een markt. Verduurzamingsstappen moeten daar alleen slim mee geïntegreerd worden. We willen mede met hulp van dynamisch parameterische rekenmodellen van de TU/e betere onderbouwing geven voor optimale maatregelpakketten bij verschillende type woningen.’
Huibert: ‘De bouwbedrijven hebben we hier ook voor nodig, maar die hebben momenteel toch wel een volle portefeuille. Dus die zitten niet per se op meer advies en werk te wachten.’
Olivier: ‘Dat is een groot punt van aandacht: de markt vindt het moeilijk om aan deze vraag te voldoen. Net als dat je met dit experiment start bij bewoners die willen, willen we ook de koplopers in de markt benaderen om met ons mee te doen. Het moet erom gaan dat je woningeigenaren vanuit een positieve benadering een aanbod doet dat ze niet kunnen weigeren.’
Huibert: ‘Je hebt in mijn ogen 3 soorten klanten: Je hebt mensen die totaal ontzorgd willen worden. Die hebben de houding: zeg wat ik moet doen en dan pak ik dat zo aan. Je hebt mensen die een nieuw huis kopen en dat direct willen verduurzamen en je hebt mensen die al ergens wonen en een toekomstvisie hebben. Die doen de maatregelen stapje voor stapje. Waar het eindbeeld van alle drie de sporen aan voldoet moeten we alleen wel vastleggen.’
Olivier: ‘Dat moeten we zeker doen. We willen daar deze lente mee starten. We zullen dan de ideeën, plannen en partijen van het Bouwagenda-expertteam en de gemeente bij elkaar brengen zodat het een gezamenlijke aanpak wordt. We gaan iteratieve stappen maken en vrij snel aan de slag met huisfluistersessies van Paris Proof Plan. Op basis van die sessies gaan we een betere vraag articuleren in de wijken en dan de marktpartijen erbij betrekken. Zo krijgt de markt een collectieve vraag waar ze beter op kunnen inspelen.’

Aanbevelingen voor de markt: kom van je aanbodgestuurde wolk af
-
Huibert: Wij leveren een proces met elkaar, zodat bewoners collectief een vraag kunnen stellen aan de markt. Markt! Kom met een hoogwaardig aanbod waar mensen ‘ja’ tegen zeggen.
-
Roland: Marktpartijen, luister meer naar de mensen. Kom van die aanbodgestuurde wolk af en luister mee en denk na over wat je aan hun vraag kunt toevoegen.
-
Huibert: Ik wil bouwers graag motiveren om de stap te maken: van ‘ik verkoop een product’’ naar ‘ik verkoop een prestatie’. De aannemer is het liefst klaar zonder een lopende verantwoordelijkheid. Qua energieprestatie zou je eigenlijk willen dat een bouwer zegt: 'Ik ben verantwoordelijk voor de prestatie van je woning. En daarom zorg ik voor een hoogwaardige verbouwing.


Vier gemeenten gaan werk maken van ontzorging
Huibert Boer, beleidsadviseur duurzame leefomgeving van de Gemeente Leusden en Roland Bronckers, programmamanager energietransitie Gemeente Veldhoven, hebben beiden ervaring met het ontzorgen van particuliere woningeigenaren bij de verduurzaming van hun woningen. Het zijn complexe projecten waar veel van geleerd kan worden. Daarom sluiten de gemeenten Leusden en Veldhoven (naast Weert en Emmen) zich aan bij het leerexperiment van De Bouwagenda.